Darmproblemen / overgewicht / gezondheid

OVERGEWICHT? GEZONDHEIDSKLACHTEN? DARMPROBLEMEN?
2__19_ms1-rvf_2 
Meer dan 50% van de Nederlandse bevolking is besmet met eencellige darmparasieten. Bij veel mensen veroorzaakt de besmetting chronische darmklachten. Besmetting met darmparasieten veroorzaakt vaak symptomen die verward worden met het Prikkelbare Darm Syndroom (PDS). Veel huisartsen zijn helaas onbekend met het onderwerp darmparasieten en vragen bij mensen met PDS klachten meestal geen laboratoriumonderzoek aan, wat wel belangrijk is. Recentelijk hebben wetenschappers en specialisten bevestigd dat darmparasieten zoals Dientamoeba fragilis en Blastocystis hominis schadelijke organismen zijn.
Eencellige darmparasieten kunnen zich aan de darmwand hechten en beschadigen zo de darmflora zodat voedsel niet goed opgenomen kan worden. Darmparasieten zetten suikers ook om in alcohol: door de fermentatie komen gassen vrij die een opgezette buik en winderigheid veroorzaken
Er zijn verschillende soorten darmparasieten, o.a.:
Dientamoeba fragilis – is de schadelijke dikke darm parasiet die het meest frequent voorkomt en wordt met behulp van een gentechniek, PCR, opgespoord kan worden. 17-33% van de mensen met darmklachten blijkt besmet met deze parasiet.
Blastocystis hominis – kent veel vormen (10 verschillende subtypen) waarvan 3 varianten schadelijk blijken te zijn. B. hominis komt bij zeer veel mensen voor: meer dan 30% van de bevolking is besmet met deze organismen. Mensen met PDS klachten zouden zelfs voor meer dan 60% Blastocysten bij zich dragen. Vanaf welk percentage Blastocysten schadelijk zijn, is niet bekend. Een positieve vondst is dus geen bewijs dat de parasiet werkelijk de klachten veroorzaakt.
Giardia lamblia – 5% van de kinderen in Nederland draagt deze parasiet bij zich. Bij volwassenen ligt het aantal lager. De parasieten kunnen de dunne darm beschadigen door zich met een zuignap aan de darmwand te hechten. Hierdoor neemt de voedsel opname af en gaan mineralen en vitaminen verloren. Ook kan vermagering en bloedarmoede optreden en kinderen kunnen in de groei achter blijven.
Cryptosporidium spp. – besmetting met Cryptosporidium spp. kan hevige diarree veroorzaken, die meestal vanzelf overgaat. Bij chronische diarree is ongeveer in 1,2 % van de gevallen Cryptosporidium spp.de oorzaak. Bij een verminderde afweer kan koorts en buikpijn optreden. Wanneer er sprake is van een verlaagde weerstand kunnen de klachten chronisch worden.
 
Veel voorkomende klachten bij een eencellige parasiet zijn:
  • Overgewicht
  • brijachtige ontlasting
  • verhoogde aandrang
  • buikkramp of buikpijn
  • winderigheid of opgezette buik
  • ongevormde ontlasting
  • ontlasting die plakt aan wc
  • rottende, gistende, stinkende ontlasting
  • onverteerd voedsel
  • misselijkheid
  • anale jeuk
  • te kort aan vitaminen of mineralen
  • haaruitval
  • slaapproblemen
  • vermoeidheid
  • Diverse gezondheidsklachten
Onderstaand, voorbeelden van schadelijke parasieten en wormen:
 
0__95_s_ms1-rvf_2
0__95_ms1-rvf_24

Zelfs de blaas is niet veilig voor schadelijke parasieten die tot 10,000s eieren kunnen leggen!
2__19_ms1-rvf_18
0__95_ms1-rvf_22
0__95_ms1-rvf_25
2__19_ms1-rvf_17
 
Definitie parasiet;
Het woord parasiet is afgeleid van para-sitos; sito beteken: profiteren, mee-eten. Het omschrijft cellen die ten koste van de gastheer leven. Wormen en eencellige organismen, zijn beide parasieten.
Protozoa zijn benoemd naar het Griekse woord voor oerdier/oercel. Het zijn organismen die al eeuwen lang worden gedefinieerd als ééncelligen met dierachtig gedrag.
Terminologie
Protozoa vallen onder de groep protisten. Het onderscheid tussen protozoa en algen is niet altijd duidelijk.
Protisten zijn eencellige organismen die een echte celkern bezitten, waarin het erfelijk materiaal, DNA, is opgeslagen. Zij vallen onder het domein van de Eukaryota, de eencelligen.
Trofozoïet is de actieve vorm (Grieks, tropho is voeden).
Cyste (kieste, Grieks) betekent holte met een eigen wand en inhoud. Cyste is de ingekapselde parasitaire vorm die buiten het lichaam lange tijd intact blijft.
Apicomplexa vormen een groep parasieten die de cel binnendringen. Bijvoorbeeld de verwekkers van toxoplasmose en malaria.
Flagellum betekent zweep.
Amoebe komt van het Griekse amoibe,verandering
 
Kenmerken
a. Afmeting
Protozoa hebben een afmeting van 10 tot 52 micrometer en zijn goed zichtbaar onder de microscoop. De meeste protozoa zijn bewegelijk. Ze bewegen zich door middel van zweepachtige draden, flagellen, haarachtige structuren, trilharen, of door het vormen van uitstulpingen, ‘pootjes’, pseudopodia.
b. Voeding en ademhaling
Protozoa leven in waterige milieus, de bodem en ook in de darm van mens en dier. Protozoa eten bacteriën en plantmateriaal. Trofozoïeten in de darm voeden zich met voedingsstoffen aanwezig in de darm en darmvriendelijke (en minder vriendelijke ) bacteriën eten, waardoor zij bacteriële kunnen overdragen. Protozoa absorberen voedsel via hun celmembraan of sluiten het voedsel in met behulp va de pootjes. Alle protozoa verteren hun voedsel in maagachtige compartimenten, vacuolen.
Ademhaling vindt plaats door diffusie van gassen door het celmembraan. Zuurstof komt de cel binnen hierdoor wordt voedsel geoxideerd en energie geproduceerd. Kooldioxide, water en afvalproducten worden de cel uitgesluisd.
c. Levenscyclus
De parasitaire cellen planten zich aseksueel voort en vermenigvuldigen zich doordat de moedercel zich in tweeën splitst.
Protozoa kennen actieve vormen, trofozoïeten. Zodra de cellen het lichaam verlaten worden zij ingekapseld in zg. cysten. De cyste kan overleven buiten een gastheer en maakt het mogelijk zich van de ene gastheer naar de andere te begeven. In de cystevorm kunnen protozoa barre omstandigheden, blootstelling aan extreme temperaturen of schadelijke chemicaliën en lange periodes zonder voeding en water overleven.
Darmparasieten worden zowel in de levende vorm als de cyste vorm uitgescheiden in de ontlasting. Dientamoeba fragilis kent alleen de actieve vorm die zeer snel afsterft buiten het lichaam, daarom zijn speciale technieken nodig om deze parasiet aan te tonen.
 
Menselijke ziekten veroorzaakt door protozoa overgedragen door dieren
Malaria wordt veroorzaakt door Plasmodium en wordt overgedragen door muggen.
Leishmaniasis wordt overgedragen door zandvliegen die besmet raken door kleine zoogdieren (vossen, knaagdieren, honden). De ziekte heette vroeger  kala azar of de zwarte koorts.
Trypanosoma brucei, slaapziekte, wordt overgebracht door de tseetsevlieg.
Toxoplasmose, overgedragen door de uitwerpselen van een kat en vlees van varkens, geiten en schapen.
 
Protozoa in de darm. Wat doet een parasiet?
Vaak doet de eencellige darmparasiet niet veel meer dan voedsel en bacteriën uit de darm opnemen, men merkt daar niet veel van. Klachten ontstaan wanneer darmparasieten zich binden aan het slijmvlies. Darmparasieten kunnen ontstekingen en zwelling van het darmslijmvlies veroorzaken waardoor de buik opzet, pijn en diaree ontslaat. Vaak ontstaat vermoeidheid.
 
Subgroepen
Protozoa zijn traditioneel ingedeeld op basis van hun manier van voortbewegen, maar deze indeling wordt niet langer aangehouden.
De typen die men onderscheidt zijn:
Flagellaten (Giardia lamblia en Dientamoeba fragilis)
Amoeben (Entamoeba histolytica)
Ciliaten, trilhaar (Balantidium coli)
Blastocytis
Apicomplexa
 
Flagellaten
Giardia lamblia maakt gebruik van 8 draden om zich voort te bewegen. Dientamoeba fragilis is een flagellaat zonder draden.
Chilomastix mesnili is een niet schadelijke flagellaat. Zowel de cysten en trofozoïeten zijn te vinden in de ontlasting. Infectie vindt plaats door de inname van cysten in verontreinigd water, voedsel, of  handen. Chilomastix komt voor in de blindedarm en dikke darm, het is algemeen beschouwd als een commensaal waarvan niet vaststaat of deze klachten kan veroorzaken. Dieren kunnen als reservoir dienen voor Chilomastix.Pentatrichomonas hominis is een niet-schadelijke flagellaat die in de dikke dam kan voorkomen.
 
Apicomplexa
De Apicomplexa  vormen een grote groep protisten. Deze bevattend unieke organellen die  t een rol speelt bij het binnendringen in de cellen van de gastheer.
Het zijn eencellige, sporenvormende cellen. Apicomplexan organismen veroorzaken malaria en toxoplasmose. Besmetting van de darm kan plaatsvinden doorCryptosporidium parvum, Cyclospora cayetanensis en Isospora belli.
 
Parasitaire darminfecties
 
Er zijn 5 vormen eencellige darmparasieten:
De amoebe die van vorm kan veranderen – Entamoeba histolytica
Een cel met zweepdraden, flagellaat – Giardia lamblia en Dientamoeba fragilis
Gistachtige parasieten – Blastocystis hominis
Sporenvormers die de cel binnendringen – Cryptosporidium, Cystoisospora spp
Een cel met trilhaartjes – Balantidium coli
 
Schadelijke protozoa die voorkomen in de dunne darm en in de dikke darm.
A. Parasieten die in de dunne darm voorkomen zijn:
Giardia lamblia
Cryptosporidium spp.
Cystoisospora belli
 
B. Schadelijke dikke darmparasieten zijn:
Dientamoeba fragilis
Blastocystis hominis
Entamoeba histolytica
 
Niet pathogene parasieten
Entamoeba hartmani
Endolimax nana
Entamoeba coli
Iodamoeba butschlii
Chilomastix
 
Percentages darmprotozoa bij darmklachten
Blastocystis hominis: 40-70%
Dientamoeba fragilis: 28-37%
Giardia lamblia: 5 – 15%
Entamoeba hystolitica: 0.01%
 
Besmettingsbronnen van protozoa
Door toename van reizen, immigratie en invoer van exotische producten zijn parasieten niet meer beperkt tot de tropische en subtropische gebieden. In de westerse wereld zijn meer dan 30% van de mensen besmet met protozoa.
In de meeste gevallen loopt men een infectie op in de eigen omgeving. Je kunt besmet raken via voeding maar nog vaker door contact met vrienden en familieleden die parasieten dragen. Je kunt parasieten opdoen op het werk, op school of op de peuterspeelzaal.
 
Risicogroepen
Risico op besmetting wordt verhoogd wanneer men beroepsmatig met ontlasting in aanraking komt zoals in de verpleging, bij verzorging van kleine kinderen, ouderen en psychiatrische patiënten. Loodgieters, afvalverwerkers of personeel van (lucht)havens en schepen, slagers en mensen die frequent contact hebben met dieren behoren tot risicogroepen.
Kinderen met ouders met bovenstaand beroep
Vaak zijn meerdere personen binnen een gezin besmet: partner darmklachten of besmet met parasieten en (kleine) kinderen buikklachten
Personen die al eerder darmparasieten hebben gehad zijn vaak opnieuw besmet
 
Klachten
Klachten die door darmparasieten kunnen worden veroorzaakt zijn: diaree, buikpijn, een buik die de indruk wekt dat men 7 maanden zwanger is, misselijkheid, eczeem of huidklachten.
Infectie met parasieten is te herkennen doordat de ontlasting wisselend van structuur is. Wanneer om de vier tot tien dagen normaal gevormde ontlasting wordt afgewisseld met een brij, is de kans groot dat er parasieten in de darm aanwezig zijn. Dat zijn ook de dagen dat men de ontlasting moet verzamelen voor een test.
Klachten:
Buikkramp of buikpijn
Winderigheid of  opgezette buik
Diaree
Verhoogde aandrang
Ongevormde ontlasting
Ontlasting die plakt aan wc
Rottende of gistende ontlasting
Onverteerd voedsel
Verstopping (afgewisseld met diaree)
Misselijkheid
Zetmeel intolerantie
Anale jeuk
Jeuk van de huid
Vermoeidheid
Gebrek aan eetlust
Kinderen groeiachterstand
Bloedarmoede
Slapeloosheid
Depressie
Spierzwakte, spierpijn
Gewrichtspijn
Hoofdpijn
Griepachtig
Koorts
 
Wat is diarree?
Wanneer men vaker dan 3 maal daags dunne ontlasting heeft, spreekt men van diaree. Diarree kan variëren van 20 maal per dag waterdunne ontlasting die niet is op te houden, tot enkele malen per dag een brij, soms vergezeld gaand met hevige buikkrampen.
Waterdunne diaree kan worden veroorzaakt door bacteriën en Giardia lamblia of Cryptosporidium soorten. Ook amoebendysenterie gaat gepaard met heftige diaree, men kan hierdoor enorme hoeveelheden vocht verliezen. Deze ziekte komt echter zelden voor in Europa.
Andere darmparasieten veroorzaken eerder verhoogde aandrang, brijachtige ontlasting en een wisselend patroon. Regelmatig veroorzaken dikkedarmparasieten verstopping.
Een typisch verschijnsel van besmetting is van tijd tot tijd ongevormde brijachtige ontlasting, één of enkele malen per dag vaak met  verhoogde aandrang en winderigheid. Buikpijn komt vooral bij kinderen voor.
 
PrikkelbaarDarmsyndroom, PDS
Kenmerkend voor het PrikkelbaarDarmsyndroom is winderigheid, een opgezette buik, diaree of verstopping. Veel patiënten met een PrikkelbaarDarmsyndroom of chronische vermoeidheid blijken besmet te zijn met darmparasieten. Bij PDS patiënten komt  Dientamoeba fragilis voor in 33% van de gevallen, Blastocystis hominis in meer dan 40% van de gevallen. Giardia lamblia komt in mindere mate voor.
 
Chronische vermoeidheid en darmparasieten.
Een chronische infectie met darmparasieten kan vermoeidheid veroorzaken. Bij eenGiardia lamblia infectie staat diaree en vettige ontlasting voorop, bij kinderen vooral vermoeidheid en bloedarmoede. Dientamoeba fragilis besmetting veroorzaakt bij 35% vermoeidheid, Blastocystis hominis bij 8.7%.
 
Testen
In de meeste gevallen wordt, bij verdenking op een parasitaire infectie, Dientamoeba fragilis en/of Blastocystis hominis aangetroffen.
Giardia lamblia besmetting gaat meestal samen met heviger klachten: diaree, vettige stinkende ontlasting en eventueel vermagering en bloedarmoede
Entamoeba histolytica wordt zeer zelfde aangetroffen en gaat gepaard met zeer stinkende ontlasting met slijm en bloed bijmenging. Wel komt de onschadelijke dispar vorm regelmatig voor.
Bij mensen met typische PDS klachten is het in eerste instantie zin vol om de test opDientamoeba fragilis en Blastocystis hominis aan te vragen.
 
Diagnose
De diagnose van parasieten kan worden gesteld door herkenning van de cystenvorm in de ontlasting. Cysten worden gemiddeld om de vier tot acht dagen uitgescheiden en zijn daarom niet altijd aanwezig in de ontlasting. In Nederland wordt de parasiet op dit ogenblik op twee manieren aangetoond:
a. Door middel van de TFT, deze test maakt gebruik van een fixatie vloeistof.
b. DNA-test, de qPCR
 
Diagnostiek Triple Feces Test
Om te voorkomen dat parasieten afsterven onderweg naar het laboratorium wordt het monster geconserveerd in een speciale gefixeerd vloeistof. Men neemt monsters op 3 dagen, de test wordt  de Triple Feces Test, TFT, genoemd. Bij gebruik van deze techniek kunnen zowel cysten als trofozoieten (de levende vorm) van darmparasiet worden aangetoond. De test is speciaal ontwikkeld voor het aantonen van Dientamoeba fragilis,een parasiet die zeer snel afsterft buiten het lichaam en geen cysten vormt. Het voordeel van de TFT is dat men tal van parasieten op het spoor komt die niet worden bepaald bij de PCR. Deze parasieten worden in het algemeen als onschadelijk beschouwd.
 
DNA analyse
Er zijn gentechnieken ontwikkeld voor het opsporen van parasieten. Het DNA van de parasiet kan worden aangetoond in de ontlasting. DNA is het erfelijke materiaal dat aanwezig is in elke cel en kenmerkend is voor het organisme. Ons laboratorium verzorgt een gentechniek, qPCR, op Dientamoeba fragilis en Blastocystis hominis. De ontlasting wordt gefixeerd om afbraak van het DNA te voorkomen. Daar de parasiet niet elke dag wordt uitgescheiden, is het ook bij deze test mogelijk dat de diagnose gemist wordt. Het is daarom wenselijk om op twee opeenvolgende dagen ontlasting te verzamelen op een dag dat er klachten zijn.
 
Real time PCR
PCR is de afkorting voor Polymerase Chain Reaction. In principe komt het er op neer dat het specifieke stukje van het DNA van het gezochte organisme wordt geïsoleerd en daarna vermenigvuldig  totdat er genoeg materiaal is om het te meten
Voor het aantonen van de specifieke DNA fragmenten wordt gebruik gemaakt van fluorescentie, waarbij de toename van een fluorescerende stof gelijk staat aan de hoeveelheid DNA dat men wil aantonen. Het voordeel van de PCR is dat al het DNA van zowel dode als levende organismen wordt gemeten. Deze methode is nauwkeuriger dan de TFT..
 
Een ontlastingsmonster nemen voor een test
De kans op een positieve vondst neemt toe wanneer men het monster neemt op een dag dat er een toename van  klachten is waar te nemen. Parasieten hebben een cyclus. Om de zoveel dagen zullen zij zich massaal vermenigvuldigen en worden uitgescheiden. Hierdoor ontstaat een brijachtige ontlasting. Op deze dag zijn is de aanwezigheid in de ontlasting gemakkelijker aan te tonen.
De manier waarop men de ontlasting opvangt. Het beste is een papieren bord in het toilet te zetten, zo kan men een droog monster opvangen.
 
Behandeling van darmparasieten
a. Gezin en partner
Bij een positieve uitslag is het van belang de naasten (partner, kinderen, kleinkinderen) worden onderzocht op parasieten. Ook als er geen klachten zijn. Het criterium bij besmettelijke ziekten is niet of men klachten heeft, maar of men parasieten bij zich draagt en zo een ander kan besmetten.
 
b. Voeding
Consumptie van zoetigheid en zetmeel veroorzaakt klachten, want fermentatie van suikers draagt bij tot het opzetten van de buik. De parasiet bevat opgestapelde koolhydraten die voor groei worden gebruikt. Wanneer er geen suiker, brood, aardappelen en pasta wordt gebruikt bij de maaltijd, wordt de celdeling afgeremd en de buik rustiger. Deze manier van eten wordt ook aangeduid met het anti-Candida dieet, maar dan werkelijk zonder zuurdesembrood, rijst, pasta, sappen en zetmeelrijke producten.
 
c. Hygiëne. Hoe voorkomt men besmetting of herbesmetting?
Een besmet persoon moet extra hygiënemaatregelen treffen, om te voorkomen dat anderen worden besmet. En ook om er voor te zorgen om niet opnieuw parasieten op te doen.
●  Handen wassen na elk toiletbezoek en de handen afdrogen met een papieren handdoek, de deurknop van het toilet daarna niet meer aanraken.
● Handen goed wassen na contact met kleine kinderen, verschonen van luiers, verzorging van ouderen. In bepaalde beroepen zoals verpleging en vuilverwerking is er een toegenomen risico op besmetting.
● Altijd handen wassen voor de voedsel bereiding en voor het eten. Vooral wanneer met de handen wordt gegeten, dus vooral wanneer men een snack neemt of onderweg eet. Het is niet verstandig in winkels en slagerijen voedsel (plakje worst) te aan nemen.
● Omgang met huisdieren, vooral paarden en honden, kunnen parasieten overdragen. Van de kattenbak kan men toxoplasmose opdoen.
●  Hygiënisch omgaan met voedingsmiddelen, vooral rauw vlees en kip en producten die rauw gegeten worden. Goed koken en doorbakken van vlees en kip.
 
d. Medicijnen
Eerst brengt men in beeld wie in de nabije omgeving besmet is, dan worden alle personen bij wie een parasiet is aangetroffen tegelijkertijd behandeld.
1. De aanbevolen behandeling bij Dientamoeba fragilis besmetting is Clioquinol. De kans van slagen is 75%.
2. Clioquinol kan ook worden voorgeschreven bij besmetting met Blastocystis hominiswanneer er klachten zijn. Omdat deze echter in slechts 50% van de gevallen aanslaan, zal voeding een belangrijke bijdrage leveren en behandeling tot een succes maken.
De Chinese kruidenformule, Bai Tou Weng– Sophora, samengesteld door S.van As, kan tijdens of na de kuur worden gebruikt. Voeding en medicijnen werken dus aanvullend op elkaar.
 
Samenvatting:
1. Mensen met darmklachten die ontstaan zijn in het buitenland, risicogroepen zoals stewardessen, verpleegsters en mensen die met azielzokers werken of kleine kinderen, loodgieters (en familieleden van mensen met de genoemde beroepen) zouden zich regelmatig na kunnen laten kijken. In feite moet men iedereen met darmklachten laten onderzoeken. De meest voorkomende dikke darm parasiet Dientamoeba fragilis kan alleen door middel van een PCR-test of de TFT worden aangetoond.
2. Het is van belang om alle familieleden te laten onderzoeken wanneer men een besmetting vindt. Alle familieleden met parasieten dienen tegelijkertijd behandeld te worden.
3. Tijdens de kuur is het van belang dat er zeer gezond wordt gegeten, veel groente en vette vis, dit vergroot de kans op succes.
4. Doe een nacontrole 5 tot 7 dagen na de kuur en eventueel 3 maanden later weer.
5. Voorkom herbesmetting: gebruik in de badkamer een rol keukenpapier om de handen mee af te drogen en gebruik het papier om de deur open te doen wanneer u buitenshuis bent. Indien u thuis bent, kunt u de kraan en trekker van het toilet ermee schoonpoetsen, zodat u het toilet schoon achterlaat.
6. Voordat paromomycine wordt gebruikt laat men de darmflora te analyseren en kan deze zo nodig  herstellen.
 
Aanvullend onderzoek bij aanhoudende darmklachten
1. Vertering en zuurtegraad
De zuurtegraad van de feces. De juiste pH is licht zuur (6 tot 6,8) en wordt bepaald door de aanwezigheid van zuurvormende bacteriën.
Vertering, dun, brij, onverteerd voedsel
Zetmeel, normale ontlasting bevat geen zetmeel
Vet uitscheiding
 
2. Darmflora
Kweek van de totale Enterobacteriaceae spp., E.coli, Enteroccus, Lactobacillus, Bifidobacterium en Clostridium spp.
 
3. Gisten en schimmels
Overgroei met schimmels en gisten kunnen klachten veroorzaken. Wanneer de klachten zijn toegenomen na antibiotica gebruik moet men ook aan overgroei met gisten zoals candida denken. Deze groeien op speciale media en worden daarnaast getest op gevoeligheid voor het medicijn Nystatine®.
 
4. Glutenallergie, coeliakie
Mensen met darmklachten hebben 3 tot 10% kans dat de problemen veroorzaakt worden door een glutenallergie, coeliakie. Wanneer je merkt dat klachten afnemen wanneer brood en glutenrijke producten worden weggelaten, neemt de kans op een positieve vondst toe. Het is verstandig eerst op een glutenallergie te testen voordat men de gluten uit het dieet weglaat, daar de waarden dalen wanneer men glutenrijke producten weglaat. Men moet voor het nemen van de test de voorgaande 2 maanden gluten hebben gebruikt.
T-Transglutaminase
Anti-gliadine
sIgA, secretoir Immunoglobuline A
 
5. Maagzweer, Helicobacter pylori
Een verhoogde uitscheiding van Helicobacter pylori in de ontlasting heeft diagnostisch meer waarde dan bloeddiagnostiek p deze bacterie.
 
6. Darmziekten
Bij slijm- of bloedbijmenging en chronische darmklachten heeft het zin om calprotectine en de occult bloedtest aan te vragen, om de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa uit te sluiten.
Calprotectine. Calprotectine, toename van witte bloedlichaampjes in het slijmvlies
Men ziet ook een verhoging van calprotectine in de ontlasting bij darmbeschadiging door gebruik van pijnstillers (paracetamol, naproxen, diclofenac).
Lactoferrine. Een toename van lactoferrine kan duiden op een verhoging witte bloedlichaampjes in het slijmvlies door een ontstekingsreactie van het slijmvlies.
Occult bloed. Een positieve immunologische test op menselijke bloed, kan duiden op ontstekingen, bloedverlies en in een klein percentage op darmkanker.
 
7. Infecties door voedsel
Campylobacter spp, bij verdenking op voedselvergiftiging
Shiga-toxine, voedselvergiftiging schadelijke E.coli (STEC. EHEC).
Clostridium difficile toxine, indicatie acute diarree na ziekenhuisopname
 
Een van de meest voorkomende vragen luidt: Hoe ben ik aan parasieten gekomen?
Het antwoord is eenvoudig: door contact met ontlasting van een besmet persoon.
Cysten van parasieten kunnen een half jaar lang levensvatbaar blijven. De levende parasiet maar een uur.
De meest voorkomende manieren van besmetting zijn:
1. Via het toilet, met name de kraan of de deurknop. Vooral in toiletten in het buitenland waar geen goede hygiëne heerst.
2. Contact met ontlasting, bijvoorbeeld in de verpleging, psychiatrische instituten of peuterspeelzaal. Ook loodgieters en mensen die in de vuilverwerking werkzaam zijn hebben een verhoogd risico.
3. Via voeding:
a. Parasieten kunnen worden overgedragen via voedsel: wanneer de grond cysten van parasieten bevat, kunnen ook de groenten besmet raken. Men wordt vooral besmet door de handen van het keukenpersoneel. Verse ontlasting kan, zowel thuis als in een restaurant, worden overgedragen op het  brood, fruit of rauwe groenten. Alleen heet voedsel dat met een lepel wordt opgeschept en dus gebakken, gekookt, gegrild of gefrituurd voedsel dat niet met de hand wordt aangeraakt, is veilig.
b. In het buitenland kan men  besmet worden door “vuil” water te drinken of groenten te eten die daarmee zijn gewassen. Controleer in een restaurant of de dop van de fles mineraalwater gesloten (verzegeld) is, zodat deze  niet met kraanwater kan zijn bijgevuld.
4. Tijdens de bevalling kan de baby besmet worden door ontlasting van de moeder, wanneer de moeder besmet is met parasieten. Veel kleine kinderen met darmklachten zijn op deze wijze besmet geraakt. Het is van belang om altijd de moeder na te kijken wanneer het kind parasieten heeft en vice versa.
5. Tijdens seksueel contact kan men met de ontlasting van de partner in aanraking komen.
Bovenstaande komt er op neer dat u overal parasieten kan oplopen.
De meeste besmettingen treden niet op tijdens het  reizen in ontwikkelingslanden. Men kan besmet raken op het werk, school of peuterspeelzaal en via de naaste familieleden. Wanneer een persoon is besmet,vinden wij vaak binnen het gezin meerdere personen die ook parasieten bij zich dragen. Hoewel zij er mogelijk minder last van hebben, vormen zij wel een bron van besmetting. U hoeft overigens geen smetvrees te ontwikkelen: in Nederland kunt u rustig in een restaurant gaan eten en de toiletten gebruiken. Goed handen wassen is in Nederland afdoend. Dat geldt ook in de huiselijke omgeving. Goed handen wassen na toilet gebruik en voor het eten.
Wanneer u of uw kinderen darmklachten of brijachtige ontlasting hebben, is nakijken op parasieten aanbevolen.
In The News
0__95_l_ms1-rvf_8  “Colon Cancer is currently the second leading cancer killer in the United States.”
0__95_l_ms1-rvf_7
“Colon Cancer is one of the deadliest diseases to affect Americans”
0__95_l_ms1-rvf_5
“According to reports from the National Cancer Institute, colorectal cancer is the third most common cancer in US men. Deaths from colorectal cancer rank third after lung and prostate cancer for men and third after lung and breast cancer for women.”
Probiotics enhance your body’s own ability to digest food and protect you against harmful bacteria, according to Mayo Clinic’s gastroenterologist Michael Picco, M.D.
“There is a growing pubic and scientific interest in probiotics. Researchers are studying whether probiotics taken as foods or supplements can help treat or prevent illness. There is encouraging evidence that it may help:
  • Treat diarrhea, especially following treatment with the certain antibiotics
  • Prevent and treat vaginal yeast infections and urinary tract infections
  • Treat irritable bowel syndrome (IBS)
  • Reduce bladder cancer recurrence
  • Shorten the duration of intestinal infections
  • Prevent and treat inflammation following colon surgery (pouchitis)
  • Prevent eczema in children
  • Some researches believe probiotics may improve general health.”